Verplichting voor werkgever om rookruimtes per 1 januari 2022 te sluiten
Vanaf 1 juli 2021 moeten alle rookruimtes in zowel semipublieke als publieke gebouwen gesloten zijn. Daar komt bij dat vanaf 1 januari 2022 de sluiting van de rookruimtes ook voor het bedrijfsleven geldt. Wat houdt deze wijziging van regelgeving concreet voor jou als werkgever in en welke acties dien je nu al te nemen?
Nationaal Preventieakkoord
De sluiting van de rookruimtes in de bovengenoemde gebouwen is overeengekomen in het Nationaal Preventieakkoord. In dit akkoord worden allerlei zaken geregeld met betrekking tot het verlagen van de drempel om te stoppen met roken en het verhogen van de drempel om hiermee te beginnen. Oorspronkelijk was in dit akkoord opgenomen dat rookruimtes in bedrijven tot 2023 open mochten blijven, maar deze regeling wordt versneld ingevoerd wegens een uitspraak van de Hoge Raad over rookruimtes in de horeca. Het doel van deze maatregelen is om een rookvrije generatie te realiseren per 2040.
Wat te doen in aanloop tot het rookverbod?
Momenteel geldt de rokersruimte als uitzondering op het rookverbod. Op deze plek kunnen werknemers vooralsnog roken. Deze uitzondering komt per 1 januari 2022 te vervallen.
Vanaf dat moment is het alleen toegestaan voor werknemers om in de buitenlucht te roken. Als werkgever ben je dan verplicht om te waarborgen dat rokersruimtes daadwerkelijk gesloten zijn per januari 2022 en dat op de werkplek ook niet meer gerookt wordt.
Wat geldt als een werkplek onder deze regelgeving?
- gebouwen of ruimten met 1 of meer werknemers
- in cabines van bestelbussen en vrachtwagens
- privé ruimten bijv. thuiswerkplek, thuiszorg in privé woningen
Werkgevers hoeven er niet voor te zorgen dat werknemers op hun thuiswerkplek rookvrij kunnen werken. Ook hoeven werkgevers geen aanpassingen te doen of te informeren over het rookbeleid als er gewerkt wordt in een privé woning voor een andere partij.
Acties van de werkgever
- de werkgever zorgt ervoor dat bij binnenkomst van de ruimte direct zichtbaar is dat de ruimte rookvrij is door bijvoorbeeld “niet-roken” stickers te tonen;
- er dient een mededeling te zijn dat er sprake is van een rookvrije ruimte;
- op geen enkele wijze dient tot roken aangezet te worden of roken gedoogd te worden, dus zeker geen asbakken laten staan.
- de werkgever dient actief het rookverbod te handhaven en te wijzen op de gevolgen van het niet opvolgen van het rookverbod.
Vanwege de hiervoor genoemde acties van de werkgever, doet de werkgever er verstandig aan om bezoekers én werknemers vooraf te informeren over de gevolgen van overtreding van het rookverbod. Dit kan door het opstellen van een rookbeleid in een bezoekersreglement of door een rookbeleid in het personeelshandboek op te nemen.
Verder moet het aangepaste rookbeleid worden meegenomen in de Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) van de organisatie. In dit proces kunnen de maatregelen worden vastgelegd en geborgd. En daarmee is de RI&E weer actueel. (Voor meer informatie over de RI&E – zie OZD Arbo)
De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit controleert de werkplekken op de naleving van deze regelgeving. Indien zij van oordeel is dat de werkgever onvoldoende doet om aan zijn verplichtingen te voldoen, kan een boete opgelegd worden van minimaal € 600 en maximaal € 4.500 bij meerdere overtredingen.
ARBODIENST
INSCHAKELEN?
Gezonde medewerkers dragen bij aan een gezonde organisatie.
Meer weten wat in uw situatie het beste is?
Neem vrijblijvend contact met ons op!
OZD Arbo: uw partner in verzuim en inkomen!